Ouders hebben recht op gratis leerlingenvervoer als je je kind inschrijft in de meest nabije school voor buitengewoon onderwijs van het Gemeenschapsonderwijs.

Kies je niet voor de dichtstbijzijnde school, dan heb je geen recht op dit leerlingenvervoer.

1 De leerling moet de begeleider gehoorzamen.

2 Tijdens de rit blijft de leerling op de plaats zitten die de begeleider aanduidt, de leerlingen krijgen een vaste plaats die zowel ’s ochtends als ’s avonds geldt.

3 Er mag niet gegeten, gedronken, gesnoept of gerookt worden in de bus.

4 De leerling moet tijdig klaar staan aan de voorgeschreven halte. Bij afwezigheid op de halte of wanneer u niet thuis bent, wacht de bus maximum 3 minuten. Daarna zal de bus verder rijden en zal u uw kind zelf moeten brengen naar school of na school ophalen in de avondopvang in IBO Het Wonderhuis (Frans van der Steenstraat 6 – 1750 Lennik, 02 792 06 76).

5 Op de bus is het rustig en kan er eventueel zachtjes worden gepraat. 

6 Gebruik van gsm of tablet is toegestaan op de bus, mits het gebruik van oortjes. Een boek lezen kan ook. 

7 Wijzigingen (wel/niet ophalen- extra adres-verhuis-…) dienen op voorhand schriftelijk of telefonisch aan de school gemeld te worden.

8 De ouders geven hun wensen/klachten rechtstreeks door aan de school en niet via de busbegeleider.

9 Het is verboden de bus te verlaten op een niet voorgeschreven halte. Uitzonderingen worden eventueel schriftelijk toegestaan door de directie NA schriftelijke vraag van de ouders.

10 De leerling moet de begeleider tijdig verwittigen indien afwezig.

11 Na het verlaten van de bus bevindt de leerling zich niet meer onder de hoede van de begeleider. Vanaf dit moment dragen de ouders/voogd de volle verantwoordelijkheid. Zij dienen de nodige voorzieningen te treffen om de aan hen toevertrouwde leerlingen aan de halte op te vangen, langs de zijde van de weg waar de bus stopt. Bij het afstappen van de leerlingen zijn het de ouders/voogd die hun kind afhalen aan de schoolbus. Een busbegeleider kan niet verplicht worden om de schoolbus te verlaten, rekening houdende met de veiligheid van de andere leerlingen op de bus.

12 Wanneer de leerling het busreglement niet naleeft of zich slecht gedraagt, kan de directie de leerling tijdelijk of definitief het gebruik van de bus ontzeggen.

13 De ouders / voogd zijn verantwoordelijk voor de schade die de leerling aan de bus aanbrengt.